losse blaadjes bij elkaar
geharkt....
"Ik
geloofde heilig dat mijn verbondenheid met alles wat leefde mijn
dagen een rijkere inhoud gaf. Mijn bewustzijn van de mensen om mij
heen scherpte zich aan en ik voelde dat ze zich ook van mij beter
bewust werden. De vogels in de boomkruinen boven me waren heldere
vonken van leven. Vanuit de grootste van de bomen die we
passeerden bespeurde ik een trage, groene uitstraling van krachtig
leven, een heel andere vorm dan de dierlijke, maar evengoed leven.
Het was alsof mijn zintuigen zich tot buiten mijn huid uitstrekten
om contact te zoeken met de vele andere vormen van leven om me
heen. Heel de wereld was een zinderend netwerk van leven, en zelf
maakte ik deel uit van die zindering." Robin Hobb - het Lot
van de Nar
"Soms
ben ik als het ware uitgebreid in het landschap en in de dingen,
ik leef zelf in elke boom, in het gekabbel van de golven, in de
dieren die komen en gaan, en in de dingen." C.G.Jung
"Iedere boom - laurier, mirre, eik of es - kennen we alleen als we
weten welke nimf ermee verbonden is. Uit iedere wilde bloem, ieder
beekje, ieder riviertje kan een bijzonder, heilig wezen
tevoorschijn komen. Alles in de schepping, elke plant, elk bos,
elke rivier is een 'jij' en geen 'het'." Christine Downing
- The Goddess

Bossen waren heilig en bomen waren bezield. Dus mochten de mensen
alleen gebruik maken van omgevallen bomen. Ergens ging het mis.
Misschien ging het zo: Op een gegeven moment overtrof de vraag het
aanbod. Er vielen te weinig bomen om. De sjamaan moest een
oplossing bedenken. Het doel heiligt de middelen dus kwam hij
erachter dat de boomgeesten verdreven konden worden. Hij prevelde
wat tegen een boom en markeerde deze zodat de boomgeest de
gelegenheid kreeg om een nieuwe boom te vinden. Daarna kon de boom
worden omgehakt. Voor alle zekerheid wel nog even een teken in de
stomp maken zodat de eventueel daarin achtergebleven geest er niet
meer uit kon. Het werkte. Zelfs wanneer iemand vergat er een teken
in te maken ging het goed. Geen geest die verhaal kwam halen. Dus
het kon ook zonder er een teken in te maken. En zo kwam het dat de
boomgeesten in de vergetelheid terechtkwamen en de bomen in de
zaagmolen. De moderne sjamaan is een ambtenaar aan wie je
toestemming moet vragen om een boom om te mogen zagen. En hij zal
je dan vast wel toestemming geven, maar je moet dan wel even op de
boomstam kloppen. Niet om de boomgeest te verjagen maar om de
vleermuizen gelegenheid te geven om een andere boom te zoeken.

Bomen praten niet maar kunnen wel communiceren. Ze kunnen
bijvoorbeeld andere bomen waarschuwen. Ik noem nu bomen maar het
geldt voor de hele plantenwereld. Als een rups een plant aanvreet
dan reageert de plant. Dat kan een verdediging zijn, er komt een
stof vrij dat de vraatzucht van de rups afremt (het smaakt niet
meer zo lekker als in het begin) en het kan ook waarschuwende
reactie zijn naar soortgenoten. Dat geursignaal kan ook een vraag
om hulp zijn. Het wordt opgepikt door de natuurlijke vijand van de
rups. Dat geursignaal moet dan heel specifiek zijn en moet kunnen
aangeven om welke vijand het gaat. Sommige planten slagen daar in.
Ze kunnen bijvoorbeeld een sluipwesp lokken die dan haar eieren
legt in een rups. Ook ondergronds kunnen planten signalen
doorgeven. Daarbij spelen schimmels een grote rol. Een aantal
schimmels leeft samen met de boom, beide partijen profiteren daar
van. Er zijn ook schimmels die de boom aantasten. Paddestoelen
zijn de vruchtlichamen van die schimmels. Ondergronds spreiden die
schimmeldraden (mycelium) zich heel ver uit. Zo is in Zwitserland
een honingzwam die zich ondergronds heeft verspreid over een
oppervlakte van zo'n 35 hectare. In Amerika leeft een honingzwam
die 890 hectare beslaat (zo'n 1780 voetbalvelden) en het grootste
levende organisme ter wereld wordt genoemd. Men ontdekte dit toen
men onderzoek deed naar grootschalige boomsterfte in dat gebied
(honingzwammen zijn geen lieverdjes). Men maakte hierbij gebruik
van luchtfotos en DNA-onderzoek van de bodemmonsters. Dit geeft
wel aan dat alle planten op de een of andere manier ondergronds
met elkaar zijn verbonden. Een boom is dus niet een op zich zelf
staand iets.
"In
de oudheid -de mensen van de steppen, de jagers van het woud, de
voedselverbouwers maakten de mensen deel uit van hun landschap. Ze
waren deel van de wereld en ieder kenmerk van hun wereld werd
heilig. De indianen spraken alle leven aan als "gij" - de bison,
de bomen, de stenen, alles. Je kunt alles aanspreken met "gij" en
als je dat doet voel je de verandering in je eigen psyche."
J. Campbell
terug naar boven
|